De boomergeneratie, de mensen die in de eerste 15 jaar na de oorlog werden geboren, vormen op dit moment een groot deel van de inwoners in onze gemeente. Velen van hen zijn vitaal, hebben misschien een beetje zorg nodig maar redden zich over het algemeen nog best.
Ze wonen in de huizen waar ze ooit geboren werden, of die ze gingen bewonen toen ze trouwden en kinderen kregen, misschien met een verhuizinkje tussendoor. Huizen waar ze nog prima passen, het naar hun zin hebben en goed voor kunnen zorgen.
Ze staan nog met twee benen in de maatschappij, doen vrijwilligerswerk, zijn lid van een vereniging en helpen hun kinderen bij de opvang van de kleinkinderen als die niet te ver weg wonen. Menigeen heeft er zelfs een wekelijks reisje voor over.
Ze genieten van cultuur en natuur.
De meesten van hen hebben het financieel niet slecht.
Een tevreden bevolking, waar je als gemeente op kunt bouwen.
Maar de komende 20 jaar zullen ook voorbijgaan en in die periode worden deze mensen ouder. De jongsten zullen in 2040 de 80 bereiken, met alle eventuele ongemakken die daarbij komen kijken. De zorg voor hen zal zwaar op de gemeente gaan drukken en wie gaat hun taken overnemen in het sociale leven? Wie rijdt straks de buurtbus, helpt de voetbalclub een handje met de administratie, zorgt voor een warm welkom in de hoeskamer, zet de stoelen klaar voor een uitvoering van de harmonie? Wie blaast nog een partijtje mee?
Er is weinig opvolging. In de jaren zestig begonnen de gezinnen te krimpen en veel jongeren zagen zich gedwongen elders hun heil te zoeken omdat daar werk was en een woning. De ingeslapen dorpjes hadden weinig aantrekkingskracht op jonge mensen.
De laatste jaren verandert dat. Jonge gezinnen zoeken ruimte en veiligheid voor hun kinderen, zodat die kunnen buitenspelen. De huizenprijzen in de steden zijn door het dak gegaan. Techniek maakt het mogelijk om te werken zonder dat je in de grote stad woont. Wonen op het platteland klinkt opeens aanlokkelijk.
Maar waar kunnen ze terecht? Wat hebben ze nodig om hier goed te kunnen wonen en werken? Welke eisen stellen ze aan hun omgeving?
Het is geen gemakkelijke opgave, maar willen we in 2040 niet in de problemen komen dan moeten we nu ervoor zorgen dat jonge mensen zich hier op hun plek voelen. Een valkuil daarbij is bijbouwen, want bouwen we dan niet voor leegstand?
ODE wil onderzoeken waarom jonge gezinnen hier willen blijven wonen en waarom jonge mensen van buiten hier zijn komen wonen. Door middel van burgerparticipatie wordt duidelijk welke positieve zaken we kunnen versterken en voor welke negatieve punten we een oplossing nodig hebben.