ODE aan de democratie

Uit onze beginselverklaring:

Politiek is niet voor, maar van de burgers. Dat is niet alleen zo in verkiezingstijd, als we onze stem uitbrengen.

In vier jaar gebeurt er veel dat onze levens beïnvloedt, daarom moet er ook ná de verkiezingen oog en oor zijn voor de meningen in de samenleving. Dat geeft elke meerderheid de verplichting om open te staan voor wat er leeft, om te luisteren naar de minderheid en daar rekening mee te houden.

Dat kan alleen maar eerlijk als het democratisch goed geregeld is, zodat helder is via welke lijnen beslissingen worden genomen en vriendjespolitiek geen kans krijgt.

ODE ziet in het politieke spel vier spelers, die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn en het aan elkaar verplicht zijn om hun rol serieus te nemen. Door elkaar op waarde te schatten en ieder de ruimte te geven die nodig is, kan er weer vertrouwen in elkaar komen en wordt de democratie sterker.

1. DE BURGERSSamen met inwoners

De mensen die in onze gemeente wonen

De inwoners van onze gemeente kiezen de gemeenteraad en daarmee de mensen die hun stem zijn binnen het gemeentebestuur. Ze stemmen op wie dat volgens hen het beste kan. De raad praat vier jaar lang namens de mensen die in Eijsden–Margraten wonen.

Daarom is het belangrijk dat inwoners mee kunnen denken en de raadsleden voeden met argumenten. De gemeente heeft haar burgers nodig. De mensen die hier wonen beschikken over veel kennis, kunde en ervaring die de gemeente hard nodig heeft om tot een goed beleid te komen.

ODE wil samenwerken met de inwoners.

Geluk maken we samen: Inwoners van onze gemeente hebben een goed oog voor wat er nodig is in hun omgeving. De gemeente is er niet in haar eentje verantwoordelijk voor dat daarvoor gezorgd wordt, dat moeten we samen doen. Soms is het voldoende om iets te melden, soms moeten de handen uit de mouwen.

ODE ondersteunt plannen van burgers die in het algemeen belang zijn en het geluk van inwoners bevorderen.

Gesprek in plaats van informatie ontvangen: Als de gemeente duidelijk vertelt wat ze doet en wat ze van plan is, dan weten burgers waar ze aan toe zijn. Echter, alleen zenden door de gemeente en ontvangen door de inwoners is te mager. Eerlijke communicatie nodigt uit tot meedoen en versterkt het vertrouwen in elkaar.

ODE vindt dat mensen vroeg en serieus betrokken moeten worden bij plannen die hen raken.

Een ombudsfunctie helpt: Het kan altijd een keertje misgaan. Dan moeten mensen weten bij wie ze terecht kunnen met hun zorgen, grieven, of bezwaren tegen besluiten.

ODE wil een onafhankelijke ombudsfunctie, omdat die de inwoners een kans biedt om wat hen overkomen is, of dwars zit, bespreekbaar te maken, zonder meteen verwikkeld te raken in (formele) juridische procedures.

2 DE GEMEENTERAADDe raad op de eerste plaats

De gemeenteraad is het hoogste orgaan

De raad op 1: De raad bepaalt welke kant de gemeente opgaat. Dat doet de raad door het college duidelijk te maken wat hij belangrijk vindt en hoeveel geld daarvoor beschikbaar is. De raad moet ook bekijken of het college van burgemeester en wethouders doet wat is afgesproken en niet meer geld uitgeeft dan ervoor vrij is gemaakt.

ODE vindt dat de raad goed moet weten hoe zaken in elkaar zitten om een besluit te kunnen nemen. Alles moet duidelijk zijn: wat het college wil gaan doen, wat de inwoners ervan vinden en hoe het past binnen wat we willen bereiken.

De raad denkt en beslist zelf: Natuurlijk moeten raad en college goed met elkaar door een deur kunnen, maar de raad moet zelf kunnen beslissen of ze iets goed vindt of niet. Wat raadsleden
stemmen mag niet bepaald worden doordat iemand van hun partij wethouder is, of niet. Coalitie– of strikte fractiediscipline (waardoor alle mensen van een partij hetzelfde moeten stemmen) zijn in strijd met de Grondwet (artikel 129) en passen niet in een moderne democratie.

ODE vindt, net zoals in de Grondwet staat, dat raadsleden en fracties een eigen mening moeten kunnen vormen en die ook uiten in de raadsvergadering.

Democratie is méér dan de helft plus 1: Natuurlijk tellen de meeste stemmen, maar een plan is pas goed als zoveel mogelijk verschillende stemmen samen de meerderheid vormen. Twee grote partijen hebben wel veel mensen die hetzelfde stemmen, maar een aantal kleinere partijen vertegenwoordigen meningen die ook belangrijk zijn. Als hun mening nooit gehoord wordt klopt er iets niet. 

ODE vindt alleen besluiten waarin zoveel mogelijk verschillende meningen zich kunnen vinden echt democratische besluiten.

Vertegenwoordiging betekent ook verantwoording afleggen: De raadsleden vertegenwoordigen alle inwoners van de gemeente. Dan moeten ze dus ook uitleggen aan de inwoners waarom ze voor of
tegen iets gestemd hebben.

ODE vindt dat raadsleden altijd aan de kiezers moeten uitleggen waarom ze iets beslissen en niet alleen maar om de vier jaar als er verkiezingen zijn.

3 COLLEGE VAN B&WSpreken met één stem

Burgemeester en wethouders: college van B&W

Samen besturen: In de gemeente is een collegiaal bestuur, ze spreken met één stem. Dat betekent dat de burgemeester en de wethouders samen verantwoordelijk zijn voor alle besluiten die het college neemt.
Ze zijn dus ook allemaal verantwoordelijk voor één besluit en kunnen daarop worden aangesproken. Portefeuilleverdeling betekent niet verantwoordelijkheidsverdeling.

Wethouder is geen baan voor het leven: wethouders hebben vanuit hun positie als dagelijks bestuurder veel invloed op het uitoefenen van de gemeentelijke bevoegdheden.
Officieel heeft een wethouder geen macht, maar in de praktijk is er wel sprake van een machtspositie. Naarmate een persoon langer een dergelijke positie vervult neemt die machtspositie toe.

Democratisch gereguleerde overheidsmacht mag echter geen persoonlijke macht worden.

ODE vindt dat ervaring belangrijk is, want anders moet je elke keer opnieuw beginnen met inwerken en gaat kennis verloren, maar je moet voorkomen dat iemand te veel macht krijgt.

ODE vindt dat een wethouder bij voorkeur slechts 2 en als het niet anders kan hooguit 3 raadsperiodes* achter elkaar mag aanblijven. Daarna is het tijd voor iemand anders. (* een raadsperiode duurt vier jaar)

Een collegelid is onafhankelijk: Natuurlijk moet een wethouder weten wat er in de samenleving speelt en moet hij contact houden met de inwoners. Het moet niet zo zijn dat hij ergens een positie bekleedt waar hij als wethouder voordeel van heeft, of omgekeerd. Voordat je het weet lijkt het op belangenverstrengeling. Dat moet je voorkomen.

ODE vindt dat leden van het college geen (bestuurlijke) functies mogen vervullen bij organisaties/verenigingen/instellingen waarmee de gemeente een beleidsmatige en/of financiële band heeft, bijvoorbeeld bij een vereniging die subsidie krijgt van de gemeente.

4 DE BURGEMEESTERBijzondere positie

De burgemeester neemt een aparte plek in. Hij (of zij) is voorzitter van de gemeenteraad en maakt deel uit van het college. Dat is een lastige positie, want de gemeenteraad moet het college controleren en daarmee dus ook de burgemeester.

De burgemeester hoort bij geen enkele partij en stemt ook niet mee met de gemeenteraad. Maar hij (of zij) moet soms wel een voorstel van het college verdedigen in de raad. Bijvoorbeeld als het over veiligheid gaat, want daar is de burgemeester verantwoordelijk voor.

De nieuwe raad moet een nieuwe burgemeester aanstellen.

ODE vindt het belangrijk dat de nieuwe burgemeester:

  • Echt onafhankelijk is van alle partijen in de raad en in het college.
  • Het heel belangrijk vindt dat de raad zelfstandig kan werken en niet gebonden is aan het college.
  • Alles zal doen om ervoor te zorgen dat de raad zijn werk goed kan doen.
  • Duidelijke taal spreekt, zodat iedereen kan begrijpen wat hij of zij zegt.
  • Niet bestuurlijk verbonden is aan verenigingen in onze gemeente, of aan organisaties waar de gemeente mee samenwerkt en ook niet wil dat wethouders dat zijn.

En ODE hoopt dat deze keer veel vrouwen solliciteren

Terug naar verkiezingsprogramma